
Elke avond zien we ze, badend in het licht, sierlijk de haven uitdraaien. Een glorieuze aanblik tot aan de horizon. Eén van de aardigste bijzonderheden in Santa Cruz zijn dan ook de cruiseschepen die de stad dagelijks aandoen. Daar weet ik iets van (van cruises) omdat ik zelf een aantal keren heb aangemonsterd op zo'n drijvend feestpaleis. Zonder u nou direct alle geheimen op zo'n rondtocht ter zee te verklappen wil ik u wel enkele details prijsgeven. De kapitein met zijn officieren aan de avonddis zijn nooit geharde zeelieden maar leden van het entertainment team die later op de avond nog meer goochelen of een dansje in een glitterpak maken. Dat wist u natuurlijk al maar voor de zekerheid schrijf ik het nog maar eens op. Op een cruiseschip ontstaan nooit nieuwe relaties zoals een enkele soap u ooit wilde doen geloven. Een cruise boek je om je relatie te verdiepen, wat weer een eufemisme is voor het in stand houden ervan. Ik zei u al: ik weet er iets van. Op een varend paleis vol eindeloos vermaak en zoete verzorging word je wel goed verwend en steeds omringd door heel veel voortdurend glimlachende Indonesische en Filippijnse stewards. Je voelt je voor de duur van de reis een kleine VIP en dat heeft ook wel zo z'n charme. Plotseling staat zo'n VIP dan in Santa Cruz,

smachtend naar de mooiste fotomomenten onder de altijd schijnende zon aldaar. De gemeente Santa Cruz heeft zo het een en ander gedaan om het scheepsvolk te behagen. Zo loopt er een ononderbroken blauwe lijn van de scheepskade over het asfalt naar het stadscentrum. Dat was het één, het ander is een informatietorentje aan het begin van de hoofdwinkelstraat. Vervolgens moet de VIP zelf maar uitzoeken hoe hij zijn weg vindt in de talloze steegjes, avenues, pleinen en straten die de stad rijk is op zoek naar plaatsen waar de breed getoonde glimlach het best tot z'n recht komt tussen wuivende palmen en sierlijke monumenten. In Santa Cruz leidt dat ertoe dat elke VIP toerist, goed herkenbaar aan halve broek, slippers en buik- of rugtas, een extra herkenningspunt bij zich draagt in de vorm van een haastig verkregen kaart van de stad die om meer kennis van kaartlezen vraagt dan een gemiddelde plattegrond vanwege zijn kleine schaal, nog kleinere lettertjes en een andere taal. Nu weet ik wel dat de geachte lezer van dit stuk het kaartlezen tot het hoogste niveau machtig is en het vorige mogelijk niet helemaal zal begrijpen. Het begrip voor de arme VIPS zal toenemen naarmate dit stuk vordert. Op de uitgedeelde kaarten staan namelijk ook geen monumenten, geen leuke straten en geen musea. Niet de restaurant gebieden. Een stratenregister ontbreekt. Wel vermeldt de kaart alle overheidsgebouwen en hotels. Op de infozuil met aanraakscherm komen daar nog de medische posten en parkeerplaatsen bij. Maar onze arme VIP wil daar helemaal niet naar toe. Hij wil fotomomenten!! Waar ze zijn en hoe hij daar komt. Langzaam verdwijnt het VIP gevoel en dat begrijp ik goed. De soms 7000 varende bezoekers die per dag de stad bezoeken, moeten het na een zware avond die tot in de kleine uurtjes duurt, met boekjes, kopietjes en een slechte plattegrond maar uit zien te zoeken. Overal in de stad tref je ze speurend aan. Niet wetend waar naar toe te gaan. Zo lukt die verdieping van de relatie nooit. “Jan, had ik maar naar Peter geluisterd die had het wel geweten”. De lezer ziet het beeld voor zich, de rugzak zakt nog iets. Ik kom er elke dag maar geen enkele kaart wijst duidelijk naar het Plein van de 25ste juli, het plein staat met die naam in elk boekje. Niet voor een lang verblijf maar heel bijzonder. U begrijpt dat dit een gemiste kans is anders zou ik het plein niet noemen en je ziet er nooit een VIP vanwege die kaarten. In detail informeer ik u daaromtrent. Vanaf de havenzijde kom je er via de Calle Jose, een winkelstraat met veel bomen die verdiepingen hoog het gezicht van de straat bepalen. Na het gezellige Plaza Asturias ga je via de smalle met palmen begroeide Calle Perez Galdos de even zo fraaie Calle de Vierro y Clavijo in, vol boetiekjes. Dan eindigen de winkeltjes. Maar doorwandelend kruis je het genoemde plein. Het is een niet te groot, oud maar gaaf rond plein van geglazuurde tegeltjes in alle kleuren, 5 straten met koloniale architectuur die erop uitkomen, 20 geglazuurde banken, 10 parkjes op zich, een fontein met beelden, een omgeving met wuivende palmen, spuitend water, sierlijke gebouwen en een klein Kerkje. De zon schijnt er altijd. Op de kaart heet het unieke plein in de volksmond “Plaza de los Patos”. Heel anders dan de officiële naam in de boekjes van de VIPS. Die zie je er dus niet. Ze vinden het niet. Maar dit plein heeft het ultieme fotomoment.
Frits de Vries
Wilt u reageren op dit artikel, klik dan op REACTIES hieronder of stuur een email naar de weblog beheerder op Erwtje63@hotmail.com
Geen opmerkingen:
Een reactie posten